In dit beeld van twee bokspringende meisjes staat het ene meisje voorover gebogen, terwijl het andere vanachter op haar rug springt. De vaart van de sprong zit er als het ware nog in. Daardoor heeft het beeld een dynamische uitstraling.
Een thematische relatie tussen dit kunstwerk en zijn standplaats, een plantsoen in de naoorlogse wijk Grootstal, is er niet. Vanaf de jaren vijftig verschijnen er op meerdere plaatsen in de stad beelden, zonder dat ze een inhoudelijke verbondenheid met de plek hebben. Onder invloed van de internationele openluchttentoonstellingen (zoals Sonsbeek in Arnhem, Middelheim bij Antwerpen) neemt de belangstelling voor het plaatsen van kunst in de openbare ruimte toe. De plantsoenen in de vaak ruim opgezette, naoorlogse wijken lenen zich bij uitstek voor dit doel.
Na diefstal in 2010 is een nieuwe gieting in 2011 geplaatst.
Klik op de kaart om de locatie te openen in Google Maps.